Wally, Roos, Dewi en Isabel op reis

Khao Yai, National Park

Vanuit Ayutthaya met de laid-back charme van een tropische provinciestad, nemen we de trein naar Pak Chong, daar pikken ze ons op voor een jungletour van Greenleaf. Op het in bijna alle guesthouses aanwezige gratis WiFi internet hebben we alles bekeken op hun website en met de Thaise SIM van € 5,- incluis beltegoed voor 50 minuten in de telefoon regelen we alles verder en gelukkig ze spreken Engels. We willen een upgrade naar een aircokamer en we komen met kinderen. Na het noemen van mijn naam zegt de vriendelijke stem aan de telefoon, You're Dutch? Jazeker. Even later bel ik toch maar weer op dat hij op het station niet naar een Nederlands uitziende man en kinderen moet uitkijken, maar naar een Aziatisch man en kinderen met een blonde Nederlandse vrouw.

Dan zitten we binnen een paar uurtjes vlakbij de wildernis van Kao Yai National Park en nog wel op tijd voor de halve dag excursie om drie uur. Zoiets was eigenlijk een grote wens van me, weer echt oerwoud te zien. Het is 200 km van Bangkok, nu een World Heritage Park. Of dat de boel nu echt helpt, met de toegenomen bekendheid komen er weer meer mensen. Laag land dat overgaat in bergen met oerwouden en alang-alang (tijgergras) vlakten, thuis voor diverse apen w.o gibbons, beren, panters, tijgers, olifanten, sambar herten, rode herten en ontelbare insecten. Niet te vergeten ook wilde olifanten, waarvan op de volle dags excursie verse poep zien liggen, maar waarvan we geen hebben gezien uit onze safaritruck.

Het hoofdkwartier ziet er in de eerste instantie niet heel gelikt uit, de voorkant van Greenleaf ligt als een openluchtrestaurant van niet al te hoge klasse langs de hoofdweg, die overigens wel vierbaans is. We moeten om de hoek naar een resort omdat we airco krijgen. Het resort blijkt een soort bungalowpark, alles van hout met huizen varierend van enorm en luxe tot vakantiehuizen maar ook redelijk luxe. Men brengt ons bij een huisje van hout op palen met een overdekte keuken/veranda. Is dit alles voor ons, beide kamers, het hele huis? Jazeker. Mmm,niet slecht, in elke kamer TV, Airco, koelkast, warme douche en later blijkt ook nogeens gebruik van de zwembaden van het 'big house' een gebouw in orginele Thaise stijl geheel uit teakhout opgetrokken met suites als het huis van een rockster.

De kleine excursie vindt plaats onder wisselende omstandigheden, zwaar bewolkt met af en toe een bui. Onderweg zwemmen we in de warme motregen in een klein meertje bij een bron.

Heel bijzonder was ook het bezoek aan een vleermuisgrot, waarin boedhistische monniken nog aktief in meditatie gaan en naar een andere grot waar twee miljoen vleermuizen uit komen bij zonsopgang om op insektenjacht te gaan, ongelofelijk het houdt niet op. Het is als een langerekte zwerm bijen, die niet ophoudt en door de lucht golft. Dat we daarbij door de rode klei moeten baggeren tussen de velden door omdat de pick-up trucks het niet redden maakt voor zoiets bijzonders om te zien niets uit.

De volgende dag gaan we er tegenaan met een jungletocht met een gids van een 3 uur. Onze missie is: spot een gibbon of een neushoornvogel! Dwars door het oerwoud langs de hellingen, glibberig en van anti-bloedzuigers overschoenen voorzien. Wel nodig ook, je blijft uit een klein wondje een hele tijd bloeden, als er een het toch voor elkaar krijgt erdoor te komen. We moeten zelfs over water via een wiebelende boom, waarop het balanceren geblazen is. Mr. Nine de gids balanceert met Isabel op zijn rug, die het eng, maar ook weer geweldig vindt. De kinderen zijn wel vaker de klos voor de griezel-acts in de afdeling Superfreaks and Scary Monsters, zoals spinnen, schorpioenen, kikkers en duizendpoten, die met hun toestemming op de meiden worden gezet. Mijn scorpioen wil niet echt, ik heb me net ingesmeerd met anti-insectenmiddel, zal hem leren. Ga er niet mee door, stel je voor dat hij echt steekt,

Je kan overigens in alle Thaise nationale Parken prima kamperen en hiken! Is een heel stuk goedkoper, dan een tour te boeken maar of de kinderen er blij mee zouden zijn? Bij een tour heb je ook een gids, en dat is wel handig om iets te zien te krijgen in een oerwoud. Ga je echt voor de natuur en heb je de tijd, dan is kamperen met eventueel de excursies wel de manier. Er zijn voldoende voorzieningen aanwezig en ze cateren zelf in het park.

Dit gebied heeft een nadeel, in het weekend zitten hier veel mensen uit Bangkok, het is relatief koel vanwege de hoogte en op twee uur rijden. E.e.a. brengt ook mee dat het dan een soort Valkenburg is op sommige plekken aan de toegangsweg naar het park. Dat de Bangkokse middenklasse in steeds grotere getale in het reservaat gaat kamperen is in feite om in de natuur te party-en gaat met veel verkeer en lawaai, zodat de dieren zich niet zo dicht bij de weg meer begeven. Neemt niet weg dat we langs de weg uiteindelijk toch neushoornvogels te zien krijgen, evenals herten en de algemene varkensstaart makaakapen met overal ons heen het oerwoud en grasvlakten van het park.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!