Wally, Roos, Dewi en Isabel op reis

USA 2016:Woestijn indianen en oudere bikers

Moet maar weer eens aan de gang, loop een beetje achter. We zijn inmiddels van onze roadtrip, die in oostelijke richting ging al tot het meest westelijke punt gekomen. Qua bezienswaardigheid moet dat Cortez zijn geweest met het Mesa Verde National Park, als ik zeg dat dat de huizen zijn in de steile rotswanden, weet iedereen wel wat ik bedoel. Nu bewegen we ons weer in zuidwestelijke richting naar Flagstaff en een van de wereldwonderen ‘de Grand Canyon’ toe, de zuidkant daarvan, de meest toegankelijke en meest bezochte kant.

Alvorens daar te komen liggen er tussen Panguitch, met Bryce en Zion National Park als belangrijkste trekpleister en Cortes met zijn Mesa Verde National Park, nog een paar hele bijzondere natuurverschijnselen en niet alleen dat, er is een levend Amerika omheen met zijn eigen karakteristieken.

Waar ik over struikelde in het Visitorscentrum van Bryce is een prehistorisch broertje van de Limburgse Mesosaurus, deze heet “Tyrone” en is 15 m lang en hij zwom in het late Cretaceum en die ligt onder de Claronformatie, zeg maar het spectaculaire bovengedeelte van wat we zien van Bryce. Dewi gelooft me niet, maar ik zal haar de foto met tekst laten zien. Ook in Bryce was er vroeger zee net als in Limburg.

De weg naar Moab is vrij lang, een goede 250 mijl, en voert eerst een stuk in noordelijke richting langs allerlei kleine stadjes waar je nog voorbeelden ziet van typische Amerikaanse huizen en gebouwen, vaak van rode baksteen met een porch (veranda) ervoor. Ze lijken wel uitgestorven. Het is zondag natuurlijk en zelfs vele benzinepompen zijn dicht en de bevolking is mormoons. De radio staat aan op een countrystation en dat rijdt ontspannen. Bij Salinas staat een bord, next facilities 105 miles. Ik denk nog hoe bedoelen ze dat? Nemen ze me in de maling, mensen bang maken? We gaan toch maar naar de Subway voor lunch. En inderdaad het is zo, er is helemaal niets de volgende ruim 100 mijl, een goede 150 km, geen benzinepomp en niets te eten over de afstand Amsterdam- Almelo. Echt helemaal niets meer, dan het meestentijds in woestijn en rotsen veranderde landschap. Onderweg krijg je een idee wat er aan spectaculairs te verwachten is verderop. Op de grote parkeerplaats in het stenen niets, zie ik bewust mijn eerste Indiaan, hij staat langs de stoep en heeft er zijn handel. Sieraden, wat replicawapens en de bekende dromenvangers. Hij loopt op sokken over het uiteraard gloeiendhete trottoir. Hij is bruin, stevig, niet al te lang en heeft wel wat weg van een Indo, een Indische Nederlander. Voor de volgende duizenden mijlen zijn Indianen, First Nation Amerikanen, niet meer weg te denken uit het straatbeeld. Hier leven ze hun leven, niet altijd even makkelijk, maar dit is hun thuis en velen spreken alleen hun eigen taal.

Moab ligt nog in Utah en ligt als in een oase langs de Coloradorivier. Samen met de Green River, hebben deze rivieren met andere natuurkrachten vorm gegeven aan dit landschap met als absoluut hoogtepunt de Grand Canyon , een kloof die 2000 meter diep is. Moab is een gezellig stadje, dat is volgens mij altijd na een moeilijk begaanbaar gebied, men is blij dat dat achter de rug is. Er zijn de nodige toeristen en langs de hoofdstraat staan nog wel wat authentiek aandoende gebouwen toen het Westen nog wild was. Hier ook is de Coloradorivier in zuidelijke richting over te steken. In Westelijke richting stroomt ze door de immense kloof die Grand Canyon heet.

Wat valt me zoal op, wel dat zijn het grote aantal HD’s, Harley Davidson’s. Jawel, de motor en dan in de zware uitvoeringen met zadeltassen en dergelijke. En de berijders dat zijn oudere heren, waarvan je zou denken bedaard en sommigen zelfs al bejaard. “Old Hogs” net als in film met John Travolta, Martin Short en nog met Hollywood coryfeeën. Get your motor running, running down the highway. Hog is slang voor de motor, het zwijn, dus een vervaarlijk beest. Niet zo’n gierende Japanner, maar een HD, die dòk-dòk-dòk doet. Uiteraard te huur. Ik begin een vermoeden te krijgen dat hier ergens de ultieme toerweg ligt, de onsterfelijke Route 66, maar waar is dat ding? De eerste transcontinentale verbinding in een stuk van Chicago to LA, more than threethousand miles all the way, toch?

Moab is leuk, alhoewel het nog Utah is, hangt er toch een wat uitgelatener sfeer met leuke openlucht restaurants. De stad is ook duidelijk ook behoorlijk Latino, eten gaat ook voor een deel die kant op. Enchillada’s, taco’s, Probeer de blue corn nacho’s gemaakt van de blauwe mais, die de Indianen op hun mesa’s verbouwen. Vlakbij Moab 2 grote nationale parken Arches met enorme natuurlijke bruggen en Canyonlands, enorme vista’s over de canyons.

Hier is de Colorado nog een vrij normale rivier , waar nog een normale brug overheen past. Je zit dus in Moab ten zuiden van de Grand Canyon, waar de Colorada uiteindelijk op de bodem ervan loopt. Deze grote jongen is met zijn breedte van enige kilometers en diepte van 2000 meter niet te overspannen en vormt een gigantische geografische barrière. Evenwel bij Page ligt er een brug over de Grand Canyon.

Vanuit Moab is het een beste rit naar Cortes wat in een glooiende vlakte lig, af en toe zelfs saai te noemen. Rolling hills, beetje fransachtig. Met country en een luisterboek over het bejaarde leven van Hendrik Groen, op en via de radio best door te komen. In Cortes is het weer verblijven in de tent in combinatie met het plaatsje best een genoegen om te zijn. Mesa Verde ligt echt dichtbij en er zijn best forse voorzieningen voor een bevolking van 8000 zielen. Er zijn sowieso al 4 grote mammoet supermarkten, die niet alleen eten verkopen, maar ook kleding.

In Mesa Verde hebben de Anaszasi, de oude Indianenstammen, rotswoningen in de steile wanden gebouwd. Dat alles met een verbazingwekkende kunde. Zeker als je bedenkt dat ze in een steentijd leefden. Echter rond 1280 zijn ze plotseling verdwenen. Een raadsel, droogte, hongersnood, epidemieën. Joe de ranger, die ons in het enige rotsgebouw “Balcony” waar je werkelijk in kan, rondleidt, gelooft er heilig in dat de droogte de mensen uit de canyons heeft verdreven. Dat ze wegtrokken naar andere plekken, waar ze opgingen in de daar levende stammen zoals de Hopi. En dat ze tot op de dag van vandaag deel uitmaken van de Indiaanse cultuur in deze streken immers veel van de gebruiken zijn hetzelfde gebleven. We moeten wel een 10 meter hoge ladder op en tunnels door. Het is een bijzondere ervaring op een zo’n unieke plek en wel in een rotswand in een huis/nederzetting te zijn. Een plek met muren, vensters en deuren en heel bijzonder met een balkon.

In Cortes zitten we weer in een forse tent, hier nog flink onweer en regen, maar als dit stopt is het overwegend warm en zonnig. De camping is de beste die we tot nu toe hebben met voldoende toilet en douche-accommodatie. In Cortes zie je ook overal Indianen in het straatbeeld achter de kassa, in de bank, als klant, kortom dit is een heel ander straatbeeld. Dit is het 4 Corners Gebied, het 4 –landenpunt.

Niet al te ver van Cortez, geeft de plotselinge verschijning in het veelal lege, droge land van een casino aan dat we bij of vlak langs een reservaat rijden. Dit is het Ute-casino d.w.z. dat het door de stam van de Utes gerund wordt. Omdat de wetgeving in de reservaten anders is en gereguleerd wordt door een stamcommitees, is gokken er toegestaan, niet tegenstaande dat de staat waarin de staat waarin het reservaat ligt het bijvoorbeeld niet toestaat. In feite kan je nu dus all over America gokken en hoef je niet meer naar Las Vegas, maar kan je meestal in het nabijgelegen reservaat terecht. Hier zie ik een bord dat je er een Sirloin steakdinner kan eten voor $ 10,99, het lijken oude tijden.

Het landschap waar we doorkomen kan de typering woestijn of bijna woestijn dragen, het gaat honderden kilometers door. En onderweg bij het Four Corners doen we zelfs nog een stukje New Mexico, in Kayenta zitten we middenin het Homeland van de Navajo. Vertaald dus thuisland. Hmm, ken ik dat niet van Zuid-Afrika, Zulu-thuisland bijvoorbeeld. Hier dus Navajo-thuisland. Vlakbij ligt het wereldberoemde Monument Valley, in talloze Western films gebruikt. We gaan er een sunset afwachten. Het spant erom want het is bewolkt en regen hangt in de lucht. Op het moment supreme trekt de boel open, en laat de zon haar licht vallen op de tafelbergen. Volgende dag gaan we terug alvorens verder te rijden naar weer eens een rent-a –tent in Williams niet ver van de Grand Canyon, de absolute topattractie in dit geheel van rotsachtige bezienswaardigheden. De afstanden tussen onze overnachtingsplaatsen worden kleiner en we hebben dan ook geen haast.

Volgende dag is het nog redelijk vroeg, we gaan een stukje van de onverharde weg doen, je ziet de tafelbergen van wat dichterbij. De kracht ligt denk ik in de ongekende schaal van de tafelbergen in de vlakt en het licht wat erop schijnt. Je kan ook bij diverse stalletjes op diverse plekken volksnijverheid kopen voor zeker in Amerika schappelijke prijzen. Ze hebben het zeker niet breed de Navajo’s of welke indianenstam dan ook en de inkomsten hiervan zijn behoorlijke meevallers in hun bestaan als schapenfarmers in dit droge land. Het zijn kundige zilversmeden, pottenbakkers en wevers. Het Nationale Park is dan ook een tribal land en de toegangsprijs is dan ook apart van de passepartout-pas die we hebben voor de National Parks, en komt de coöperatie ten goede. Prima zaak, ze hebben niet zoveel van Amerika te verwachten, nog steeds niet.

Ze waren trouwens heel aardig tegen ons. Op een vorige reis stonden er langs de weg drie borden. Zoiets als Indian juwelry - good prices -and friendly , too. Een gids, denk ik van een tour met pick-ups met bankjes erop, want daar liep hij later naartoe, gaf me ongevraagd een hele uitleg bij een hogan. Een ronde aarden hut waarvan de zijwanden en het dak van hout zijn, waar men dan aarde op aanbrengt. Een soort van ronde molshoop wordt het dan. De dakconstructie is bijzonder kunstig, er zijn geen stutten nodig en door de opbouw van steeds een andere laag stammen krijg je een soort zelfdragende koepel. Hogans dienen als vrouwenverblijf of als mannenverblijf, niet om in te slapen, maar als plek om samen te komen en elkaar te onderrichten en om er te overleggen. Duur geintje, de bouw, vertelt de man 30-35.000 dollar omdat de stammen uit de bergen gehaald moeten worden en ook arbeidsloon, ja dat gaat gewoon door in de 21e eeuw.

Onze dochters worden ook vaak belangstellend bekeken, ze zeiden ons dat ze heel Indiaans leken. Vaak wilden de meiden ook niet bij een stalletje met souveniers kijken, vonden de mensen zielig. En bijna verplicht om wat te kopen, al heeft geen enkele verkoper gezegd, dit moet u kopen, dit is zo fantastisch. Of ik heb het zo beroerd koop a.u.b. wat. Naast de toegangsweg is er een groot gebouwencomplex dat we de dag ervoor al gezien hebben. Wat zou het zijn? Het blijkt de Indianmarket te zijn, een vaste markt met allemaal winkeltjes, de meeste zijn leeg, er zijn nauwelijks toeristen, de handel is dood. Zo te zien zitten ze daar gewoon gelaten te wachten en misschien komt er de hele dag niemand. Dit is niet mainstream Amerika. Het lijkt op Derde Wereld in de USA.

Reacties

Reacties

Roy Dames

goed verhaal zeg, en nog steeds een steak voor 10 dollar, te gek

Arie van 't Hoog

Beste Wally, Roos, Dewi en Isabel, met veel plezier lees ik de prachtig geschreven reisverhalen en volg jullie zo vanuit NL. Er doemt een heel andere USA op als het beeld dat de media ons wil laten geloven.
Nog een fijne tijd, take care, hartelijke groet, Arie

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!